MEDEMBLIK – De drenkeling die door de hulpinstanties dinsdagavond uit het water bij het Vooroever in Medemblik is gehaald is een Poolse man, dit schrijft Hoofdagent Diederick de Geus in een blog.
“Vandaag was ik weer aan het werk na 7 weken thuis gezeten te hebben vanwege letsel wat ik opgelopen had bij een aanhouding. Ik zat vandaag op de auto met Dave, een gezellige collega waar je ook van op aan kunt. Het was warm vandaag, tegen de 30 graden, we hebben bijgepraat over thuis, dingen op het werk, de vakantie en tussen de meldingen door wisten we een ijsje te halen voor wat verkoeling.
Al zwetend door onze warme uniformen stonden we rond 19:30 uur in Medemblik omdat iemand zijn scooter aangereden was. Helaas konden we de zaak niet oplossen voor deze melder en werden we al snel geroepen door onze meldkamer.
‘Kunnen jullie al bijna weg daar, we hebben namelijk een andere melding van iemand die een vriend al een uur kwijt is nabij een camping. De melder is Pools en de vermiste ook.’ hoorden wij over onze portofoon.
‘We ronden het af hier, koppel ons alvast maar aan die melding.’ antwoordde ik terug.
We stapten in ons voertuig en reden naar de opgegeven locatie. We lazen op het computerscherm in ons politievoertuig dat de melder vertelde dat ze aan het zwemmen waren en dat zijn vriend niet terug het water was uitgekomen. Dat zou ongeveer al een uur geleden zijn..
Dave en ik keken elkaar aan en reden snel die kant op. Aangekomen bij een baai met een strandje stond de melder boven op de dijk ons op te wachten. We lazen de onrust van zijn gezicht af en kregen direct door dat het een serieuze zaak was. De melder was een jonge jongen van begin 20 jaar. Hij sprak goed engels en vertelde direct dat hij zijn vriend kwijt was, dat ze met 5 vrienden aan het zwemmen waren en dat hij met twee vrienden het water uitging op een gegeven moment. Twee vrienden van hem bleven nog in het water. 1 van deze vrienden verliet later ook het water en vroeg de laatste vriend mee maar die wilde nog even in het water blijven. Dat betrof de sportiefste vriend van hun allemaal. Ze vonden dat niet meer dan logisch.
Na een tijdje vroegen ze zich af waar hun vriend bleef. Tot hun verbazing zagen ze hem niet meer in het water en gingen ze druk opzoek naar hem. Zijn telefoon, handdoek en kleding lagen nog bij hun op het strandje dus ver kon hij niet zijn. Het was erg druk op het strand en ze zochten tussen de mensen door maar ze vonden hun vriend niet. Ze keken in de strandtent aldaar maar ook daar in het restaurant was hij niet. Ze liepen naar de andere kant van de zwembaai om te zien of hij overgezwommen was maar ook daar troffen ze hem niet aan.
Toen belden ze 112. Onderwijl de melder dit vertelde waren we onderweg naar het water waar ze hem kwijtgeraakt waren. Voordat we daar aankwamen verzochten wij de politie helikopter en de reddingsbrigade op onze locatie.
Ik vroeg het signalement uit bij de vriend die ons gebeld had. De vermiste jongen was 23 jaar oud, sportief, een blije leuke gozer die gezond in het leven stond. Niets wat zou duiden op dat hij zichzelf iets aan zou willen doen of uit het niets zou verdwijnen.
Mijn collega Dave was naar de andere zijde van het strandje gelopen een soort pier op om te zien of hij daar wat wijzer kon worden. Kinderen kwamen om mij heen staan en vroegen wat er aan de hand was. Ik had nu geen tijd om te antwoorden, ik stond in opsporingsmodus. Informatie winnen en delen, wetende dat meer hulp onderweg was.
Ik was in gesprek met de vrienden van de vermiste jongen toen ik ineens ver in de verte een persoon zag zwemmen richting de kust.
Ik zwaai naar een speedboot met een aantal jongeren en gebood ze mijn kant op te komen. Ze konden tot 15 meter bij me komen en ik vroeg of ze mij naar de persoon in het water konden varen. Dit wilden ze direct. 1 van hun sprong uit de boot zodat ik erin kon plaatsnemen. Ik trok de onderzijden van mijn dienstbroek omhoog en liep door het water naar de boot en nam plaats. De verkoeling deed mij goed. Ik probeerde de zwemmende persoon in de gaten te houden.
Af en toe zag ik in de verte het hoofd en een arm die zwembewegingen maakte vlak boven het water uitkomen. Een piepklein silhouet ver achter de waterboeien bij ons vandaan.
‘Hou je goed vast’ hoorde ik de jongen zeggen die de buitenboordmotor startte. Met vaart voeren we naar het silhouet toe. We kwamen dichterbij, het is en man, dat gaat goed. Dit zou hem toch echt wel kunnen zijn!
We kwamen nog dichterbij. Ik hoor 1 van de meiden in de boot zeggen tegen de jongen die de boot bestuurde: ‘ Hey, het is je broer!’. waarop de jongen in het water riep naar mij: ‘ Een bekend gezicht!’
Ik keek nogmaals goed en zag dat het de jongen betrof die wij zojuist in de stad hadden gesproken bij de omgereden scooter. Hoe bestaat het. De jongeren besloten mij te blijven helpen en we maakten een zoektocht vanuit de boot in de baai. Het werd al schemerig.. ‘Let op Diederik’ Hoorde ik de meldkamer zeggen over mijn portofoon, ‘ Er is een storm opkomst, over ongeveer 20 minuten arriveert het onweer bij jullie in Medemblik. De politiehelikopter kan niet vliegen door de storm.’
We zijn nog niets wijzer geworden, de tijd dringt nu, we hebben nog maar kort tijd voordat we de zoektocht zullen moeten afblazen vanwege het noodweer.
Ik sprak met de jongeren af dat ze me weer terug brachten naar het strandje zodat ook zij veilig op tijd het water uit konden gaan. Onderweg terug naar de kust zie ik een helikopter laag over het water en het strand vliegen. Meerdere rondjes, ze zoeken mee. Het blijkt de traumahelikopter te zijn. Blijkbaar hoorden ze dat onze helikopter niet de lucht in kon komen vanaf Schiphol en zochten zij mee vanuit de lucht.
Ik zag inmiddels meerde boten in het water van de Reddingsbrigade en de politie.
De jongeren voeren zo ver mogelijk richting en strand tot ze niet verder konden. Ik bedankte ze en sprong te water en liep weer het strand op.
Ik zag dat er collega’s van mij samen met ambulance personeel bezig waren mensen weg te sturen van het strandje af, de trauma helikopter landde op het strandje waar nog onwetende mensen zich verbaasden over deze grote inzet. Het zand stoof op en de mensen renden weg. We stuurden alle burgers van het strandje af. De brandweer was ter plaatse met een duikteam en een tweede duikteam was onderweg. We hadden een kort overleg met elkaar over waar onze prioriteit lag bij deze zoektocht. Ik haalde de beste vriend op van de vermiste die als laatste met hem in het water was en vroeg hem de exacte locatie aan te geven waar hij zijn vriend voor het laatst gezien had.
We stonden langs de waterlijn. Door een prullenbak die op de kant stond wist deze vriend tot op de meter af aan te geven ter hoogte waarvan hij met zijn beste vriend in het water gezwommen had.
Ik besprak dit met het duikteam en zij maakten zich klaar.
In mijn ooghoek zag ik een groepje mensen van de brandweer en reddingsbrigade te water gaan. Dit deden ze hand in hand en zo maakten zij een lijn. De persoon die het dichtste langs de lijn liep kon lopen zonder dat het water voorbij zijn knieën kwam maar de persoon als laatste in de lijn liep tot over zijn middel in het water. Ze liepen langs de eerste boeienlijn in het water waar de vermiste vriend als laatste gezien was. Voordat de duikers het water inliepen hoorde ik geschreeuw en zie ik dat 1 van de personen uit de lijn van mensen met zijn armen omhoog staat en schreeuwt: ‘Ey, ey, hierzo!’
Ik zie dat ze een arm naar boven trekken het water uit.
Ik rende het water in om hem eruit te halen. Logischerwijs wisten we dat hij er al langer dan ander en een half uur onder water lag, toch gingen we met man en macht aan het werk. Samen met de groep mensen die hem vonden tilden we het levenloze lichaam van de jongen het strand op. Hij hing met zijn gezicht naar beneden. Zijn vel voelde koud aan, ik had hem vast rondom een schouder en ik voelde tijdens het rennen naar het strandje met mijn vingers of zijn luchtweg vrij was. Het personeel van de trauma heli en ambulance stonden klaar op het strand en gingen direct aan de slag nadat we hem op zijn rug neerlegden op het zand. Ik wilde assisteren waar nodig maar mijn chef tikte mij aan en vroeg of ik naar de vrienden van het slachtoffer kon gaan..
Ik keek op en op een paar meter afstand de vrienden van het slachtoffer huilend op hun knieën zitten. Hun nachtmerrie was werkelijkheid geworden, hun beste vriend was verdronken. Ik pakte ze stevig vast en liet ze huilen. Het raakte me en tranen sprongen ook in mijn ogen.
Het duurde niet lang voor we hoorden dat we niets meer konden doen en dat de jongen officieel overleden was.. Ik sprak de vriend aan die ons gebeld had en bracht hem het slechte nieuws zodat hij het in het pools aan zijn vrienden kon vertellen.. Ze huilden allemaal. Ik ben ze allemaal afgelopen en kon alleen maar sorry zeggen.
Deze jongens kunnen we niet zo naar huis laten gaan ondanks dat ze allemaal volwassen zijn. Dave verzocht slachtofferzorg te komen en we besloten de jongens mee naar ons bureau te nemen om ze op te vangen. Het was inmiddels donker geworden op strand, de brandweer had grote lampen neergezet om stukken strand te verlichten en waren inmiddels druk aan het inpakken. De trauma heli steeg op, de stofwolk dreef ons allen naar de strandtent en hier raapte ik de achtergebleven spullen van de overleden jongen op. Zijn natte handdoek, zijn shirt, schoenen en zijn mobiele telefoon. Deze spullen willen zijn ouders straks vast hebben, ik berg ze veilig op in ons dienstvoertuig.
Verslagen lopen we het strand af. Mijn chef blijft achter bij het lichaam en wacht op de zwarte wagen.
Op bureau verscheen een hele aardige medewerkster van slachtofferzorg en die ging samen met Dave in gesprek met de vrienden van de overleden jongen. Ik haalde de melding op in ons systeem, voerde alle gegevens in, alles wat we gedaan hadden, iedereen waarvan ik wist die meegeholpen hadden, de afloop en resultaten van het onderzoek ter plaatse.
De vriendengroep was hecht en de medewerkster van slachtofferhulp gaf aan dat zij op dit moment niets extra kon betekenen voor de vrienden en dat ze blij was dat ze elkaar hadden.
Inmiddels was het middennacht toen ze van bureau vertrok en collega’s van onze nachtdienst brachten de vrienden terug naar Medemblik. Via de jongens hadden we contact met de ouders van de overleden jongen.. Morgen horen ze meer van ons en daarna komen ze naar Nederland toe om hun overleden zoon op te halen.
Onze chef kwam terug uit het mortuarium en samen met Dave namen we plaats op drie bureaustoelen. ‘Hoe voelen jullie je?’ vroeg hij ons. We delen onze gevoelens en bespreken de casus. We hadden niet meer kunnen doen, we hebben direct opgetreden, alles en iedereen er bij gehaald die we konden bedenken, hadden we iets anders kunnen doen, wat kunnen we er uit leren voor de volgende keer?
We concluderen met elkaar dat we het goed gedaan hadden. Met een goed gevoel over onze actie ga ik toch met een verslagen en verdrietig gevoel naar huis. Soms is het gewoon zo, ondanks dat alles goed ging konden we niets veranderen aan het resultaat..
-Hoofdagent Diederik“
Reageer