MEDEMBLIK – Voor velen is en blijft het een grote ergernis, de vuilcontainers waar zij worden gedwongen om hun gescheiden afval in te deponeren. Vooral bij gezinnen met kinderen die nog in de luiers zitten is de container waar de luiers in moeten al vaak een paar dagen na het legen al weer vol.
De inwoners van de gemeente Medemblik produceren 151kg restafval per inwoner per jaar, het doel is om in 2020 dit terug te brengen naar 100kg en in 2025 naar 30kg restafval per inwoner per jaar.
Om de doelstelling voor 2020 te halen zullen de inwoners van de gemeente Medemblik nog beter hun afval moeten gaan scheiden want in de grijze bak zit gemiddeld nog 116 kg herbruikbare grondstoffen.
Tekst loopt door onder de afbeelding
Effecten invoering Diftar
Diftar staat voor gedifferentieerde tarieven waarbij per huishouden geregistreerd wordt hoeveel afval aangeboden wordt en hoe meer afval een burger aanbiedt hoe hoger de afvalstoffenheffing zal zijn. Omgekeerd levert betere afvalscheiding en het aanbieden van minder afval een lagere variabele afvalstoffenheffing op, het vastrecht blijft echter hetzelfde. Ongeveer 50% van de Nederlandse gemeenten heeft een vorm van Diftar.[1] In 2006 woont 17,4 procent van de Nederlanders in een diftargemeente. In 2000 was dat nog 9,7 procent. Uit ervaring blijkt dat burgers hun afval beter gescheiden aanbieden en het lagere aanbod van restafval maakt het de gemeente mogelijk de kosten die voor invoering van diftar gemaakt moesten worden, terug te verdienen. Wel neemt de hoeveelheid op straat en andere plaatsen achtergelaten huisvuil toe.(Wikipedia)
Bij het invoeren van Diftar zal er 32% minder restafval worden opgehaald, daalt de afvalheffing met 3% en worden inwoners die hun afval goed scheiden beloond met een lagere heffing en inwoners die niets scheiden gestraft met een hogere heffing.
[signoff]