DEN OEVER – “Wat is het gevaarlijkste dier van het bos?”, vraagt boswachter Frans Erinkveld regelmatig als hij voor schoolklassen staat. De antwoorden die vaak gegeven worden (hert, wolf en zelfs een beer) zijn doorgaans fout. “De teek is het gevaarlijkste dier”, antwoordt Erinkveld op vragen van NH Nieuws.
Gisteren was de start van de ‘Week van de Teek’. Tijdens deze week vragen verschillende organisaties aandacht voor de gevaren van het beestje, dat de ziekte van Lyme kan overbrengen.
Volgens het RIVM waren er vorig jaar maar liefst 27.000 nieuwe Lyme-besmettingen. Bij de vorige peiling, in 2014, kwamen er 25.000 slachtoffers bij. In de afgelopen twintig jaar is het aantal mensen dat Lyme opliep verviervoudigd. Jaarlijks worden circa 1,3 miljoen mensen gebeten door een teek.
Hoe voorkom je een tekenbeet?
- “Blijf niet binnen zitten tot het winter wordt”, luidt de belangrijkste tip van boswachter Frans Erinkveld. Ga vooral naar buiten, maar maak je broekspijpen dicht met bijvoorbeeld een elastiek. In tegenstelling tot wat veel mensen denken, kruipen teken vaak via de benen omhoog en vestigen zich dan op vochtige en warme plekken.
- Doe een hoofddeksel op. Teken hebben een soort sonar voor warmbloedige dieren en kunnen zich moeiteloos op een zoogdier laten landen.
- Controleer goed én altijd. De teken zijn vaak te vinden op plekken waar het bloed aan de oppervlakte ligt, zoals de knieholtes, liezen, nek, oksels en bilnaad. Je voelt bijna niets van een tekenbeet, dus kijk goed in de spiegel.
Geen halve waarschuwingen dus, vindt ook Erinkveld. Volgens hem ligt de klimaatverandering mede aan de grondslag van de hoge tekencijfers. “Het klimaat is zachter geworden, daar gedijt de teek goed bij.”
Volgens Erinkveld worden teken niet zomaar drager van de ziekte van Lyme. “Ze moeten het eerst zelf ergens oplopen, bij een muis bijvoorbeeld”, zegt de boswachter. Dat is ook waarom er meer besmettingen zijn op plekken waar meer dieren zijn. Beesten die langere afstanden afleggen, zoals herten, kunnen de teken ook meenemen van gebied naar gebied.
In huis
Ook in de stad zijn tekenbeten niet ongebruikelijk. “Mensen lopen met hun hond door een natuurgebied. Die hond wordt dan gestoken en de teek mee naar huis genomen. Die wacht dan in de tuin op een volgend slachtoffer.”
Wat als je toch bent gebeten?
- Binnen 24 uur is de kans op besmetting nog klein. Gebruik een tekenpen of een tekengrijpertje om de teek te verwijderen. Knijp NIET in het volgezogen gedeelte! Dan spuit je de vuiligheid van het beestje in de wond en vergroot je de kans op een Lyme-besmetting. Zorg dat je goed z’n hoofdje eruit wipt.
- Maak de wond nu pas schoon met alcohol. Niet het teekje zelf verdoven. Het beestje kan dan gaan braken en meer giftige stoffen in het lichaam brengen.
- Schrijf de datum van de beet, de locatie en de plek op je lichaam op in een agenda. Hou het plekje goed in de gaten. Soms kan het voorkomen dat je wel besmet bent, maar er geen ring om de wond te zien is. Voel je je koortsig, hangerig, trillerig of slap? Ga dan naar de huisarts! Er is een grote kans op besmetting.
Oppassen geblazen dus, waarschuwt Erinkveld. Om kinderen bewust te maken van de gevaren van teken staat de boswachter regelmatig voor de klas. “Een keer liep er een teek over m’n arm, terwijl ik aan het uitleggen was. Een van die schoolkinderen viel dat toen op. Dat was ook wel weer toevallig.”
Zien waar recent tekenbeten zijn geweest? Via tekenradar.nl zie je een overzicht van recente beten en besmettingen.