HOORN – Bij het Westfries Museum kunnen ze het nog steeds amper geloven. Van de overleden Heemstedenaar Frans Le Cocq d’Armandville kreeg het museum 1,7 miljoen euro. Hij schonk naast het geld ook nog eens zo’n honderd kunstwerken.
Plotseling lag er een brief van de notaris op de mat. De inhoud kon directeur Ad Geerdink amper bevatten. “Dan staat daar opeens dat enorme bedrag. Ik heb nog goed gekeken naar het aantal nullen.”
Goed gevoel
In 2006 kwam de museumdirecteur voor het eerst in contact met Le Cocq d’Armandville. De kunstliefhebber was op zoek naar een museum waaraan hij zijn kunstwerken kon schenken. Hij had geen familie en hij liet zijn volledige vermogen na aan het Westfries Museum. Bij opening van het testament van Le Cocq d’Armandville, die eind vorig jaar overleed, bleek het Westfries Museum de enige erfgenaam. De kunstverzamelaar uit Heemstede en het Hoornse museum bouwden de afgelopen tien jaar een hechte band op. Le Cocq zou geraakt zijn door de vriendelijke reactie van de medewerkers toen hij in 2006 bij verschillende musea informeerde naar de mogelijkheid om kunstvoorwerpen na te laten.
“Hij had bij leven ooit wel met een mysterieuze glimlach gezegd: ‘ik bedank jullie nog wel op een andere manier’, maar we wisten niet wat hij daarmee bedoelde”, aldus Geerdink.
De 1,7 miljoen euro is een veelvoud van het bedrag dat het museum normaal jaarlijks kan besteden. De meeste mensen zouden het bedrag in hun hoofd al hebben besteed aan allerlei mooie dingen, maar denk nu niet dat er binnenkort een dure Rembrandt aan de muur hangt.
“We gaan niet meteen de pot verteren. We gaan er allereerst iemand mee aanstellen die de ongeveer honderd nagelaten kunstwerken gaat onderzoeken. We willen het bedrag tot in de lengte van jaren aan het museum ten goede laten komen”, vertelt de museum-directeur.
Fonds
Het geld gaat in een fonds dat de naam Le Cocq d’Armandville-Planckenfonds krijgt. Dit omdat de schenker hechtte aan het voortleven van zijn familienaam en die van zijn moeder (Plancken). Er zijn plannen om van het geld onder meer de expositie van 400 Batavia in 2019 te betalen.
“En mochten de nog gestolen kunstwerken terugkeren, dan kunnen we de restauratie ervan ook betalen. Voor de schilderijen die we vorig jaar terugkregen moesten we nog een crowdfundingactie starten, omdat we anders niet genoeg geld hadden. We zijn er heel blij mee.”
Het museum, dat normaal voor ongeveer 20.000 euro kunst kan aankopen, kan het geld goed gebruiken. Oktober vorig jaar kwam er na twaalf jaar een aantal gestolen schilderijen terug naar Hoorn. Die waren flink beschadigd en de restauratie vormt een flinke klus.