MIDWOUD – René Opstals ging afgelopen dinsdagochtend met de camera erop uit om de prachtige ijsvogel aan het werk te zien in de winterse kou aan het IJsselmeer tussen Medemblik en Andijk. Een duikende IJsvogel ontbrak nog aan zijn collectie, maar heeft deze tot zijn grote vreugde vast kunnen leggen. Dit ondanks zijn steenkoude vingers.
De ijsvogel is een kleine vogel met een korte staart en pootjes, een korte nek, korte, afgeronde vleugels, een grote kop met grote ogen en een lange, dolkvormige snavel die geschikt is om vissen mee te vangen en vast te houden. De poten zijn syndactiel; de voortenen zijn gedeeltelijk aan de basis met elkaar vergroeid.
De ijsvogel heeft een overwegend blauwe kleur, waarbij de veren van de kop en vleugels iriserend blauwgroen zijn en op het midden van de rug lichter tot kobaltblauw. De staartveren zijn wat donkerder. De veren aan de borst en buikzijde zijn warm oranje gekleurd en steken hiermee duidelijk af. Van de snavel tot achter het oog is op de wang een oranje oogstreep aanwezig, die abrupt overgaat in een helder witte streep, ook de keel van de ijsvogel is wit. De poten zijn oranje tot rood van kleur. De mannetjes zijn enkel van de vrouwtjes te onderscheiden aan de kleur van de basis van de ondersnavel, die bij het vrouwtje dofrood is en bij het mannetje net zo zwart als de bovensnavel. Juvenielen onderscheiden zich van volwassen exemplaren door het valere verenkleed met donkergrijs gerande borstveren, gevlekte kruin, lichtere snavelpunt en donkerbruine poten.
Reageer