Uit een peiling van het Nederlands Centrum Jeugdgezondheid blijkt dat bijna de heft van de vrouwen al na de eerste maand stopt met borstvoeding geven. Borstvoeding is gezond voor het pasgeboren kind en het is een natuurlijk proces. Dit wil niet zeggen dat het alle vrouwen even gemakkelijk afgaat. Veel vrouwen zouden baat hebben bij betere begeleiding.
Zes maanden borstvoeding
Het officiële advies van UNICEF en de gezondheidsorganisatie WHO is dat vrouwen de eerste zes maanden uitsluitend borstvoeding geven. Daarna wordt borstvoeding gegeven in combinatie met bijvoeding tot het tweede levensjaar van het kind. In Nederland blijkt dit eerder uitzonderlijk te zijn dan de norm. Het aantal vrouwen dat in ons land start met borstvoeding is al niet zo groot. Zo blijkt uit cijfers van de Rijksoverheid dat nog geen 70 procent van alle moeders begint met het geven van borstvoeding.
Na de eerste maand is dit cijfer al bijna gehalveerd tot 47 procent. Over het algemeen willen vrouwen wel doorgaan met het geven van borstvoeding, maar lukt dat om diverse redenen niet. Zo kan een baby bijvoorbeeld borstvoeding weigeren, of niet goed aanhappen door verschillende gezondheidsproblemen als het syndroom van Down of een schisis.
Gezondheidsvoordelen van borstvoeding
Borstvoeding bevat niet alleen de nodige vitamines, mineralen, eiwitten en koolhydraten, maar ook essentiële antistoffen van de moeder waardoor het infectieziekten kan tegengaan. Een recent onderzoek van het Emma Kinderziekenhuis in Amsterdam toonde zelfs aan dat er antistoffen tegen het coronavirus te vinden zijn in moedermelk. Deze inzichten helpen mogelijk bij het bestrijden van de verwachtte tweede golf. Moedermelk biedt dus gezondheidsvoordelen waar flesmelk niet tegenop kan. Dit is een reden voor sommige moeders om over te stappen op kolven als het geven van borstvoeding niet lukt.
Ook is het belangrijk dat de kersverse moeder goed voor zichzelf blijft zorgen in de periode na de bevalling. Vermoeidheid is ook een reden om eerder te stoppen met het geven van borstvoeding, Voldoende rust, de juiste voeding, eventuele aanvulling met voedingssupplementen als een vitamine D voor de spierfunctie en de stofwisseling en de nodige me-time zijn niet alleen goed voor de moeder, maar ook voor het kind.
Veel vrouwen hebben klachten
Ook bij gezonde moeders en baby’s ligt het geven van borstvoeding niet altijd voor de hand, ondanks de overduidelijke gezondheidsvoordelen en het advies van de WHO. In juli is het Nationaal Borstvoeding Onderzoek uitgevoerd onder 3.700 moeders. Bijna 90 procent van de deelnemers gaf aan klachten te hebben bij het borstvoeden. Deze klachten liepen uiteen van moeite met het aanleggen van de baby tot te weinig melkproductie en pijnlijke borsten en/of tepels.
Melkproductie later op gang
Vrouwen die al in de kraamweek stoppen omdat ze denken dat ze te weinig melk produceren, stoppen vaak te vroeg. Het duurt zo’n vier dagen voor de melkproductie op gang is. In veel gevallen produceren deze vrouwen dus niet te weinig melk maar komt dit wat later op gang. Borstvoeding is een natuurlijk proces maar er is wel voldoende zorg en begeleiding nodig, omdat diverse factoren invloed hebben op het proces. Het is mogelijk om de hulp in te schakelen van een lactatiedeskundige.