MEDEMBLIK – Ook De Woonschakel in Medemblik krijgt te maken met een ruime verdubbeling van de heffingen en belastingen door de rijks- en lokale overheid. Moest De Woonschakel in 2017 nog gemiddeld 1,9x de maandhuur van de jaarlijkse huurinkomsten aan heffingen en belastingen betalen, dat loopt op naar 4,4 maandhuren in 2021.
Door deze ruime verdubbeling staat De Woonschakel voor de moeilijke taak om te kijken hoe men toch voldoende geld kan vrijmaken voor de bouw, verhuur en exploitatie van sociale huurwoningen. De Woonschakel staat niet alleen met dit probleem, eerder al liet WelWonen in Enkhuizen al de noodklok luiden waar de verhuurdersheffing als een molensteen om de nek van de Woningcorporatie hangt.
Onderstaande tabel geeft de (te verwachte) uitgaven weer aan de diverse belastingen en heffingen. De BTW uitgaven op investeringen (jaarlijks € 2 à 4 mln.) zijn hier niet in meegenomen. Vanaf 2020 lopen de uitgaven van de vennootschapsbelasting hoog op en overschrijden gedurende enige jaren zelfs de € 5 mln aan jaarlijkse verhuurderheffing. Vanaf 2023 volgen jaarlijks € 0,2 – 0,4 mln extra lasten als gevolg van de ATAD regelgeving.
De Woonschakel heeft als streven om de huurders zo min mogelijk te belasten met de gevolgen van de stijgende belastingen en heffingen maar mogelijk kan dit streven niet waargemaakt worden omdat ook de oplopende prijzen in de bouwsector mede door het tekort aan arbeidskrachten dit streven in gevaar kan brengen. Zo ook de eis van de overheid om op termijn energieneutraal en ‘gasloos’ te bouwen aan de Woningbouwverenigingen maar dit zelf eerder tegenwerk dan meewerkt.
De Woonschakel zegt dan ook dat zij zich vol blijft inzetten op haar kernactiviteiten maar dat het einde van de investeringen wel inzicht komt en er dan moet worden getemporiseerd en versoberd.
Reageer